Natuurmonitoring stikstof

Bijgewerkt op: 25 juni 2024

Om onze natuurdoelen te kunnen halen zijn in aanvulling op het reguliere natuurbeheer ecologische herstelmaatregelen essentieel. Jaarlijks wordt de uitvoering van de herstelmaatregelen gemonitord en in beeld gebracht. Op deze pagina zijn die rapportages te downloaden.

Rapportage herstelmaatregelen

Voor alle habitattypen en leefgebieden in de natura 2000 gebieden zijn herstelmaatregelen uitgewerkt op basis van de daarvoor beschikbare herstelstrategieën. Om na te gaan of dat ook werkelijk zo uitpakt wordt jaarlijks de uitvoering van de herstelmaatregelen gemonitord en in beeld gebracht. Er wordt gerapporteerd over:

  • Natuur: kwaliteit en omvang
    We houden de ontwikkeling bij van stikstofgevoelige natuur in de PAS-gebieden. Zo houden we deze natuur in stand. En we houden de uitvoering en effecten bij van de herstelmaatregelen die zijn afgesproken.
  • Stikstof: emissie en depositie
    We houden de ontwikkeling bij van uitstoot en neerslag van stikstof in de Natura 2000-gebieden. En we houden de uitvoering en effecten bij van de bronmaatregelen die zijn afgesproken.
  • Uitgegeven ruimte en economische activiteiten
  • Uitvoering bron- en herstelmaatregelen

Voorbeelden van herstelmaatregelen zijn:

  • Herstel waterhuishouding, zoals verhoging grondwaterpeil
  • Afvoer stikstofrijk materiaal door extra maaien, begrazen, plaggen of verbranden
  • Verhogen natuurlijke dynamiek door het graven van stuifkuilen

Lees meer over herstelmaatregelen.

Landelijke Monitoringsrapportage Natuur

Tot en met het jaar 2021 zijn 1.733 ecologische herstelmaatregelen gepland. Nooit eerder is er zo’n grote operatie voor natuurherstel geweest en de Landelijke Monitoringsrapportage Natuur 2020 laat zien dat de uitvoering op schema ligt. De rapportage bevat gegevens over de omvang van stikstofgevoelige habitattypen en stikstofgevoelige leefgebieden van soorten. Ook is er een overzicht van de uitvoering van herstelmaatregelen en van veldbezoek. Er wordt voortdurend gewerkt aan de verbetering van de gegevensverzameling. In het afgelopen jaar is er meer inzicht gekomen in de ligging en omvang van stikstofgevoelige habitattypen.

Downloads:

Landelijke Monitoringsrapportage Stikstof

De Landelijke Monitoringsrapportage Stikstof geeft inzicht in de trends van de stikstofemissie- en depositie en de beschikbare depositie, en de beschikbare depositie- en ontwikkelingsruimte.

Voor een afzonderlijk project of plan is vanaf 14 januari 2020 een geactualiseerde versie van AERIUS CalculatorDeze link opent in een nieuw tabblad beschikbaar als rekeninstrument voor het bepalen van de stikstofdepositie.

Downloads:

PAS gebiedsrapportages 2017

De PAS gebiedsrapportages geven een gedetailleerd overzicht van de natuur- en stikstofcijfers per Natura 2000-gebied. Het resultaat van de eerste monitoringsronde van de voortgang van de uitvoering van herstelmaatregelen is hierin opgenomen. De stikstofcijfers zijn gebaseerd op AERIUS M16. Dit is het rekenmodel dat de stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden berekent. In de rapportages worden eventuele knelpunten toegelicht die zijn gesignaleerd tijdens veldbezoek of bij de monitoring van de voortgang van de uitvoering herstelmaatregelen.

Downloads:

PAS gebiedsrapportages 2016

De PAS gebiedsrapportages geven een gedetailleerd overzicht van de natuur- en stikstofcijfers per Natura 2000-gebied. Het resultaat van de eerste monitoringsronde van de voortgang van de uitvoering van herstelmaatregelen is hierin opgenomen. De stikstofcijfers zijn gebaseerd op AERIUS M16. Dit is het rekenmodel dat de stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden berekent. In de rapportages worden eventuele knelpunten toegelicht die zijn gesignaleerd tijdens veldbezoek of bij de monitoring van de voortgang van de uitvoering herstelmaatregelen.

Mist u rapporten of bent u op zoek naar eventueel bijlagen van onderstaande rapporten? Neem dan contact op met de helpdesk.

Downloads:

Natura 2000-gebieden

Nederland heeft 162 Natura 2000-gebieden. Dit Natura 2000-netwerk bestaat uit natuurgebieden die zijn aangewezen onder de Vogelrichtlijn en onder de Habitatrichtlijn. Beide Europese richtlijnen zijn belangrijke instrumenten om de Europese biodiversiteit te waarborgen. Alle Vogel- of Habitatrichtlijngebieden zijn geselecteerd op grond van het voorkomen van soorten en habitattypen die vanuit Europees oogpunt bescherming nodig hebben.

In deze natuurgebieden is al jarenlang sprake van een overschot aan stikstof. De grootste bron van stikstof in natuurgebieden is de agrarische sector met de uitstoot van ammoniak (NH3). Daarnaast dragen de sectoren verkeer en vervoer (inclusief scheepvaart) en industrie bij door uitstoot van stikstofoxiden (NOx).

Stikstof kent geen grenzen. Veel van de in Nederland veroorzaakte stikstof kom als neerslag terecht in het buitenland of in de zee. Aan de andere kant hebben wij weer in onze Natura 2000-gebieden te maken met stikstofneerslag die uit het buitenland komt.

Meer informatie over de richtlijnen, de criteria voor aanwijzing en het algemene aanwijzingsproces vindt u via Natura2000.nlDeze link opent in een nieuw tabblad.

Referentiedata Natura 2000-gebieden

Hier vindt u het Overzicht referentiedata Natura 2000-gebiedenDeze link opent in een nieuw tabblad(bijgewerkt op 25-06-2024). VR staat in de tabel voor Vogelrichtlijn en HR voor Habitatrichtlijn. Referentiedata zijn van belang bij toetsing van mogelijk significante effecten op de instandhoudingsdoelen.

Let bij het gebruik van de referentiedata op de volgende punten:

  • Voor de VR-data geldt dat de verplichtingen van art. 6 HR pas ingingen op 10 juni 1994; om deze reden dient de ‘referentiedatum’ voor vergunningverlening voor de VR-besluiten die ouder zijn dan die datum aangepast te worden naar 10 juni 1994.
  • Sommige Natura 2000-gebieden hebben verschillende VR-referentiedata. Indien gewenst kan voor het gehele gebied van de oudste datum worden uitgegaan.
  • Voor toetsing van mogelijk significante effecten op de instandhoudingsdoelen van de HR geldt het moment van aanwijzen als de nulsituatie.
  • Voor de HR wordt geadviseerd de communautaire lijst aan te houden als referentiedatum. Dit is in de meeste gevallen 2004.

Lees verder op: referentiesituatie.