De goudjakhalzen zijn geen specifieke jagers maar alleseters. Het dieet van de goudjakhals bestaat voornamelijk uit kleine tot middelgrote zoogdieren, zoals veldmuis, woelmuis, mol. Verder eet het dier aas van wilde dieren, planten, vogels, haas en konijn. Soms kan een goudjakhals landbouwhuisdieren aanvallen.
Uit een metadatastudie (Lange, 2019) blijkt dat waar kleine zoogdieren minder rijkelijk aanwezig zijn, goudjakhalzen voornamelijk middelgrote zoogdieren eten, zoals wilde zwijnen, hazen en konijnen. Groenten en fruit zijn dan een secundaire voedselbron.
In een analyse van de voedingsvoorkeuren van de goudjakhals (door Hayward et al., 2017), bleek het lichaamsgewicht van een prooi een drie keer zo belangrijke parameter te zijn bij het verklaren van voedingsvoorkeuren dan andere parameters (zoals dreigingsniveau, kuddeomvang, prooi-overvloed, habitat of prooi-geboortestrategie). De studie concludeerde dat goudjakhalzen actief de voorkeur geven aan middelgrote tot kleine zoogdiersoorten zoals haas, konijn en kleine knaagdieren en het dier landbouwhuisdieren en hertachtigen leek te vermijden.
De uiteenlopende dieetvoorkeur van de goudjakhals kan wijzen op een hoge aanpasbaarheid en flexibiliteit aan een gebied waar de goudjakhals zich bevindt (Lange, 2019). De soort vertoont ook een seizoensgebonden dieetpatroon wat kan suggereren dat de soort eet wat het beste voorhanden is.
Dieet goudjakhals tegenover vos en wolf
De goudjakhals is veel meer een alleseter dan een pure vleeseter, zoals de wolf. De wolf jaagt voor het grootste deel op grote tot middelgrote zoogdieren zoals edelhert, ree, wild zwijn, haas en konijn, terwijl de prooidieren van een goudjakhals veel kleiner zijn. De goudjakhals en de vos hebben daarentegen wel een grote mate van overlap in hun dieet (Lanszki & Heltai, 2002; Lanszki & Heltai, 2010; Vlasseva et al., 2017).
Beide soorten hebben kleine zoogdieren als belangrijkste voedselbron. Onderlinge verschillen deden zich voor in tijden van schaarste aan kleine zoogdieren, waarin de vossen de neiging hadden om over te schakelen op fruit en de goudjakhalzen meer karkassen van wilde of gedomesticeerde hoefdieren opruimden (Lanszki et al., 2006; Tsunoda et al., 2017).